Regels voor je kind
Door regels met je kind af te spreken, is het duidelijk wat je van hem of haar verwacht. Dat maakt het voor je kind makkelijker. Zo is grenzen stellen uiteindelijk minder vaak nodig. Kinderen gaan soms protesteren of te onderhandelen als iets niet mag. Dit betekent niet dat je kind je regels niet respecteert. Houdt je kind zich niet aan regels en afspraken? Dan kun je op verschillende manieren reageren. Straffen is niet altijd nodig, even apart zetten of niet reageren kan al helpen.
Hoe stel je regels op?
Regels gaan meestal over praktische zaken in huis, of over hoe je met elkaar omgaat.
- Stel alleen regels over de dingen die je het belangrijkst vindt. Vijf tot zeven regels is meer dan voldoende. Te veel regels kunnen kinderen niet goed onthouden. Bovendien lukt het jou als ouder dan ook niet meer om consequent naar alle regels te handelen.
- Formuleer de regels positief, bijvoorbeeld: ‘Voetballen doen we buiten’ in plaats van: ‘Niet binnen voetballen’.
- Zorg dat de regel eerlijk is en dat je er van tevoren over hebt gepraat. Leg uit waarom je de regel belangrijk vindt en geef je kind de ruimte hier op te reageren. Zo weet je ook of de regel voor je kind haalbaar is en of je kind de regel begrijpt.
- Naarmate je kind ouder wordt, stel je de regels meer in overleg op. Met een ouder kind kun je bijvoorbeeld overleggen over de bedtijd tijdens de vakantie.
Discussie over regels
Kinderen willen soms ook graag weten waarom je bepaalde regels stelt. Dat maakt het makkelijker om de regels te accepteren, ook al zijn ze het er misschien niet helemaal mee eens. Komt je kind met goede argumenten om het anders te doen, dan is het sportief om de regel bij te stellen.
Probeer niet boos te reageren als je kind protesteert of een discussie aangaat. Als er eenmaal ruzie ontstaat, zijn kinderen eerder geneigd de regels aan hun laars te lappen. Je kunt wel duidelijk aangeven dat een regel blijft zoals hij is en dat je hier verder niet over in discussie gaat.
Geef aandacht en complimenten
Regels werken alleen als je ook op een warme en liefdevolle manier met je kind omgaat. Bijvoorbeeld door te praten met je kind, belangstelling te tonen en te knuffelen. Je kind zal zich beter aan de regels houden als je af toe een compliment geeft als het zich aan een regel houdt. Bijvoorbeeld: ‘Wat goed dat je me even belde dat je niet op tijd thuis kon zijn’.
Wat doe je als je kind de regel overtreedt?
Als je merkt dat je kind een regel aan het overtreden is, herinner het dan aan de regel. Vraag aan je kind of het weet wat de regel ook alweer was en vul aan waar nodig. Geef je kind daarna de kans om zich alsnog aan de regel te houden. Als je kind dan toch doorgaat, is het natuurlijk wel nodig een grens te stellen zoals verbieden of straffen, apart zetten of niet reageren..
Geen aandacht is soms beter
Bij kleine overtredingen, zoals zeuren, protesteren, met een rare stem praten of schuttingtaal gebruiken, hoef je niet te reageren.
- Je schenkt je kind dan bewust geen aandacht, kijkt het niet aan en loopt even weg.
- Je blijft rustig en reageert bewust niet, totdat het gedrag stopt.
- Geef een compliment als je kind ophoudt met het vervelende gedrag.
Reageer je wel op dit soort vervelend gedrag van je kind, dan beloon je het gedrag juist door er (negatieve) aandacht aan te geven. Je kind blijft bijvoorbeeld maar vragen stellen, als jij al welterusten hebt gezegd. Het is dan het beste om niet op de vragen te reageren en de deur achter je dicht te trekken. Houd dit vol zolang het vervelende gedrag duurt. Voel je niet schuldig: je negeert niet je kind maar het gedrag van je kind.
Bij gevaarlijk gedrag en ongewenst gedrag dat echt niet kan, grijp je wel direct in.
Wissewasjes
Als je kind straks gaat puberen, kun je regelmatig in een conflict met je kind belanden om ongewenste gedrag. Je zult daarom nu al goed moeten bedenken welke regels en grenzen je echt belangrijk vindt. Zorg dat jullie niet over elk klein ding een enorm conflict kunnen krijgen. Maak de dingen die je echt belangrijk vindt duidelijk, zodat je kind weet waar het aan toe is, ook straks in de puberteit.