Smartphoneverslaving

Jongeren zitten vaak op hun smartphone. Hoe weet je of het smartphonegedrag van je puber problematisch is?

Smartphoneverslaving

Wanneer is smartphonegebruik ongezond?

Krijgt je kind door zijn smartphonegebruik problemen met anderen: thuis, op school of op het werk? Dan is dat een teken dat hij of zij verkeerd bezig is.

Het zijn signalen van ongezond (verslaafd) smartphonegebruik als je kind:

  • vaak denkt aan zijn of haar telefoon of aan bepaalde apps, games of sociale media;
  • steeds langer met de smartphone bezig is;
  • eigenlijk niets anders meer doet en alle leuke dingen uit de mobiel haalt;
  • wel eens heeft geprobeerd om de tijd te beperken die hij of zij aan telefoon en sociale media besteedt, maar dit niet lukte;
  • onrustig of boos wordt als het de smartphone niet kan gebruiken;
  • vaak langer met de telefoon bezig is dan het van plan was;
  • wel eens problemen op school of werk heeft gehad door de telefoon;
  • veel ruzie heeft met de mensen om zich heen over de manier waarop hij of zij omgaat met de mobiel;
  • wel eens liegt over de hoeveelheid tijd die het aan de smartphone besteedt;
  • de smartphone gebruikt om zichzelf af te leiden van dagelijkse problemen.

Is mijn kind verslaafd?

Veel jongeren ervaren dat sociale media en smartphone veel aandacht van ze vragen. Er is pas sprake van een verslaving als er echt problemen ontstaan in het dagelijks leven. En als het je kind zelf niet lukt om dit gedrag te veranderen.

Tips om te minderen

Steeds meer mensen (jong en oud) willen niet voortdurend bezig zijn met hun mobiele telefoon en sociale media. Wil jouw kind dat ook? Dan is de eerste stap: bewuster omgaan met de telefoon. Er zijn steeds meer handige hulpmiddelen die mensen hierbij helpen. Zo kun je met Instagram nu zelf bijhouden hoe lang je met deze app bezig bent. Er zijn ook apps die je smartphonegebruik bijhouden in uren en minuten per app.

Als je kind meer zicht heeft op zijn of haar smartphonegebruik, dan kan het stap voor stap proberen dit gedrag te veranderen. Het kan zijn dat je kind daar een slecht humeur van krijgt. Is dit na twee weken nog niet voorbij? Vraag dan hulp aan de huisarts of de vertrouwenspersoon op school.