Social media
Jongeren maken meestal heel veel gebruik van social media. Als pubers geen internet hebben om contact te kunnen maken met hun vrienden, kunnen ze zich heel eenzaam voelen. Online contact is een aanvulling op offline contact. Door contact met vrienden, ontdekken ze wie ze zijn. Door social media te gebruiken, leren ze ook wat je er wel en niet aan hebt.
Het wordt steeds moeilijker om precies te weten wat je puber doet en ziet via social media. Praat er daarom over met elkaar.
Social media ontdekken (12-15 jaar)
Kinderen van 12 tot 15 jaar zijn nog aan het ontdekken hoe online communicatie werkt. Ze begrijpen elkaar vaak verkeerd, er kan pestgedrag ontstaan en ruzie. Ook zijn ze erg bang om buitengesloten te worden. Hierdoor moeten ze van zichzelf misschien alle berichtjes lezen, ook al zijn het er honderden.
Vanwege de privacywet mag je kind pas met 13 jaar een eigen account maken, en dan nog alleen met toestemming van de ouders. Pas met 16 jaar kan je kind zonder toestemming accounts aanmaken.
Meer vertrouwd met social media (16+)
Pubers van 16 jaar en ouder zijn meestal al wat meer vertrouwd met social media en maken minder ruzie. Ook het digitale pesten neemt af. Zij gebruiken social media vooral om:
- goed op de hoogte te zijn van wat iedereen doet;
- te weten wat er te doen is in het weekend;
- te weten welke afspraken er gemaakt worden;
- zelf afspraken te maken.
De meest gebruikte apps onder jongeren
Er zijn veel verschillende apps om met elkaar te kunnen praten, maar Snapchat en Instagram zijn onder pubers het meest populair. Hier kunnen ze ‘verhalen’ maken en delen met hun vrienden. Bij Snapchat kunnen ze allerlei grappige filters gebruiken voor hun foto’s. Je kunt bijvoorbeeld een selfie maken, waarop je eruit ziet als een lief konijntje of als een ‘dragqueen’. WhatsApp gebruiken ze ook wel, maar dat heeft vaak meer praktische redenen. Ze gebruiken het bijvoorbeeld om gratis te bellen of omdat ze in een WhatsApp-groep zitten met de klas of met het sportteam.
Het verschil tussen Instagram en Snapchat
Instagram is een platform om jezelf te laten zien aan de buitenwereld. Je laat jezelf zien zoals je wilt zijn en gezien wilt worden. Voor pubers is dit erg belangrijk. Het kan zelfs je status bepalen. Ze laten bijvoorbeeld hun nieuwe schoenen of kapsel zien of hoe ze met vrienden chillen. Als anderen dit liken geeft dat een goed gevoel. Maar als je geen likes krijgt, geeft dat het gevoel dat je blijkbaar niet populair bent.
Snapchat draait juist om het directe contact met vrienden. Hier ben je echt onder elkaar en niemand anders kijkt mee. Hier bevestigen en versterken pubers hun vriendschap met elkaar. Ze delen beelden met elkaar die anderen niet zien. Door elke dag bijvoorbeeld minstens één foto uit te wisselen, bouw je een ‘streak’ op.
Groepsdruk
Jonge pubers kunnen lijden onder grote druk om steeds alle berichten te moeten lezen die via de smartphone binnenkomen. Leer ze daarmee omgaan. Praat over die groepsdruk, zodat ze keuzes leren maken. Zorg dat ze genoeg momenten hebben om er ook even los van te zijn: even zonder smartphone.
Nepnieuws op social media
Op social media komt ook nepnieuws langs. Dit zijn berichten die speciaal gemaakt zijn, zodat je erop gaat klikken. Als je klikt lees je onzin of verzonnen nieuws. Vaak kun je niet meteen herkennen dat het onwaar is. Vertel je kind dat niet alles wat je op social media ziet en leest, waar is. Dat je na kunt denken over wie de tekst geschreven heeft, waarom de tekst geschreven is en welke bron hiervoor gebruikt is. Dat je niet alles aan kunt nemen, maar met een kritische blik naar het artikel, de foto of het filmpje kunt kijken.
Wil je echt zeker weten dat het nieuws echt is? Controleer dan of het op andere plaatsen ook te vinden is. De regel is: vind je het op drie verschillende bronnen terug, dan is de kans groter dat het klopt. Voor de zekerheid blijf je voor het echte nieuws vertrouwen op de krant, en het nieuws op radio en tv en hun websites.
Deepfake-video’s
Deepfake–video’s zijn nepvideo’s, die heel echt lijken. Met speciale programma’s kunnen computers mensen allerlei dingen laten zeggen, die ze in het echt nooit gezegd hebben. Inmiddels zijn er al apps waarmee iedereen zulke filmpjes kan maken. Computers kunnen met veel rekenkracht ook zelf leren hoe iemand beweegt en spreekt. Je ziet het verschil tussen nep en echt bijna niet meer. Ook volwassenen trappen erin. Soms kun je nog zien dat het nep is. Het helpt om een filmpje vertraagd af te spelen. Dan zie je misschien dat de mond niet goed met de tekst mee beweegt of dat er niet met de ogen geknipperd wordt. Ook wanneer de video onscherp is, vooral aan de randen om het hoofd, kan dat een teken zijn dat er iets niet klopt.
Deepfake is dus altijd nep, maar je kunt het niet meer zien. Het is dus belangrijk geworden om te kijken naar wat we de context noemen. Daarmee bedoelen we: dat je onderzoek doet naar ‘wie heeft het gemaakt en waarom?’ Omdat je dat vaak niet kunt achterhalen, vallen we terug op de tip: onderzoek eerst wat anderen ervan zeggen als je twijfelt. Stuur nooit iets zomaar door. Praat met kinderen over wat ze van deepfake vinden. Zijn er niet alleen slechte, maar ook goede toepassingen te bedenken? Als je meer wilt weten over deepfake, lees dan (samen) verder op Mediawijsheid.nl.
Online kettingbrieven en horror-appjes
Kinderen sturen elkaar via WhatsApp soms enge berichten door die lijken op de kettingbrieven van vroeger. Als je een bericht niet doorstuurt naar tien anderen, dan gebeurt er iets naars. Of je wint bijvoorbeeld een geldprijs als je het wel doet. In beide gevallen kun je het beter niet doen. Het is onzin.
Als je dit voorbij ziet komen bij je kind, probeer dan niet te heftig te reageren. Leg uit dat je helemaal niet kunt overlijden door een bericht. Laat ook zien dat berichten zich snel kunnen verspreiden en dat je voorzichtig moet zijn met het versturen van berichten of foto’s.
Waarschuw je puber ook voor gevaarlijke internetspelletjes.
Terreur op social media
Online kunnen kinderen de meest vreselijke beelden tegenkomen. Denk bijvoorbeeld aan filmpjes en foto’s van onthoofdingen en ander geweld. Probeer je kind hiervan weg te houden. Als kinderen te jong dit soort beelden zien, kan dit voor een lange tijd angst oproepen. Zodra je kind zelfstandig gebruik maakt van social media, wordt het moeilijk het hiervan weg te houden.
Blijf hoe dan ook praten over wat je kind ziet. Vraag er soms naar: ‘zie je wel eens per ongeluk nare dingen?’ Vraag wat je kind ervan denkt en wat het voelt. Het delen van gevoelens is belangrijk.
Problemen met slapen
Social media kunnen je kind tot laat bezighouden. Het is dan moeilijk om in slaap te vallen. Steeds vaker krijgen pubers hierdoor moeite met slapen. Als ouder kun je een belangrijke rol spelen in het slaapgedrag van je kind.
Meer over pubers en social media
Filmpje: Fiona over mediagebruik