Buiten spelen

De meeste kinderen vinden het heerlijk om buiten te spelen. De frisse lucht is heel gezond en zonlicht op de huid zorgt voor vitamine D. Spelen helpt om overgewicht te voorkomen en het is goed voor de motorische ontwikkeling. Door met andere kinderen buiten te spelen wordt je kind sociaal sterker. Bewegen is ook belangrijk voor de gezondheid. Kinderen vanaf 4 jaar moeten elke dag minstens een uur bewegen.

Wat is er buiten te doen?

Kinderen vinden het vooral fijn om te fietsen, te voetballen, te skaten, buitenspelletjes te doen, verstoppertje te spelen en naar een speeltuin te gaan. Of je kind houdt van badmintonnen, frisbeeën of volleyballen. Ga ook eens naar een plek waar je kind kan spelen met zand, water en takken, of boomstammen waar je op kunt klimmen. Daar kan je kind op ontdekkingstocht en zijn fantasie goed gebruiken. Een schommel in de tuin of de speeltuin doet het meestal ook erg goed. Ook in de winter 

Slecht weer? Goede kleding!

Ook als het koud is, regent of waait kan je kind buiten spelen. Laarzen, regenkleding en in de winter handschoenen en mutsen zorgen ervoor dat je kind droog en warm blijft. Ga ook eens samen wandelen in de regen of kou. Daarmee geef je het goede voorbeeld. Kinderen vinden guur weer meestal helemaal niet erg.

Jonge kinderen

Voor jonge kinderen is een vertrouwde en besloten omgeving de ideale speelplek. Jonge kinderen weten nog niet goed wat gevaar is. Het is daarom verstandig om in de buurt te zijn en op je kind te letten. Voor kinderen is het heerlijk om de wereld al spelend te ontdekken. Als je steeds verbiedt wat je kind wil gaan doen, leert het niet zelf om risico’s te herkennen.

Van zes tot negen jaar

Kinderen van zes tot negen jaar gaan vaak zelf buiten spelen. Maak duidelijke afspraken over waar je kind gaat spelen, met wie en hoe laat je kind weer thuis moet zijn. Kinderen kunnen plotseling en zonder nadenken iets doen en houden zich niet altijd aan de afspraken. Vertel je kind de grenzen, die je stelt en spreek af wat er gebeurt als je kind zich er niet aan houdt. Laat ook duidelijk merken hoe goed je het vindt als je kind zich wel aan de afspraken houdt.

Van negen tot twaalf jaar

Oudere kinderen zijn gewend om buiten zelfstandiger te zijn. Ze spelen graag buiten omdat ze dan andere kinderen ontmoeten. Ze gaan bijvoorbeeld graag samen voetballen of verstoppertje spelen. Natuurlijk is het ook leuk om zelf samen met je kind iets te doen buiten, bijvoorbeeld badminton.

Risico’s leren inschatten

Het is belangrijk dat kinderen tijdens het spelen de ruimte krijgen om te ontdekken. Zo leert je kind om risico’s in te schatten en durft je kind steeds meer. Kinderen vinden het leuk om uitdagend te spelen omdat ze hierbij opwinding, spanning en trots voelen. Natuurlijk moet je je kind beschermen tegen risico’s. Maar een bult of een schaafwond is vaak helemaal niet erg. Door risicovol te spelen krijgt je kind meer zelfvertrouwen en doorzettingsvermogen.

Weerbaar worden

Natuurlijk moeten kinderen nooit iets tegen hun zin doen en mogen ze nooit met iemand meegaan die ze niet kennen. Het is belangrijk dat je dit goed uitlegt, maar maak je kind niet bang. Je kunt het weerbaar zijn van je kind ook vergroten door een sport als judo.