Vaccinaties

Na de geboorte van je kind krijg je een uitnodiging om je kind te laten vaccineren. Deze uitnodiging krijgen alle ouders in Nederland. Je bent niet verplicht om je kind te laten vaccineren, maar artsen raden het wel aan. Het zorgt er voor dat je kind bepaalde ziektes niet krijgt.

Vaccinaties

Vaccinaties tegen ziektes

In het eerste jaar word je opgeroepen om je baby te laten vaccineren tegen difterie, kinkhoest, tetanus en polio (DKTP), hib-ziekte, hepatitis B en pneumokokkenziekte. Dit zijn geen onschuldige ziektes. Gelukkig komen ze door de vaccinaties bijna niet meer voor.
Per 1 januari krijgen kinderen ook een vaccin aangeboden tegen het rotavirus. Dat is geen prik maar een druppel-vaccin.
Om je kind te beschermen tegen deze ziektes is het belangrijk dat je kind alle vaccinaties uit het programma krijgt. Wil je meer weten over de vaccinaties of wanneer je kind ze kan krijgen? Kijk dan op Rijksvaccinatieprogramma.nl. Wil je meer weten over de verschillende infectieziektes waartegen je kind gevaccineerd kan worden? Deze staan op Thuisarts.nl.

22 weken prik

Als je als moeder bent gevaccineerd tijdens de zwangerschap, heeft je baby een prik minder nodig. Heb je als moeder geen 22 weken prik gehaald? Dan krijgt je kind bij 2 maanden een extra vaccinatie (DKTP-Hib-HepB).

Heb je als moeder wél de 22 wekenprik gehaald? Dan is dit het vaccinatieschema voor het eerste jaar:

  • 3 maanden:
    vaccinatie tegen DKTP-Hib-HepB en een vaccinatie tegen Pneumokokken
  • 5 maanden:
    vaccinatie tegen DKTP-Hib-HepB en een vaccinatie tegen Pneumokokken
  • 11 maanden:
    vaccinatie tegen DKTP-Hib-HepB en een vaccinatie tegen Pneumokokken
  • 14 maanden:
    vaccinatie tegen BMR en een vaccinatie tegen meningokokken (MenACWY)

Bescherming tegen rotavirus

Een infectie met het rotavirus veroorzaakt een ontsteking aan de maag en darmen van je baby. Het rotavirus is erg besmettelijk. Vooral jonge kinderen tot twee jaar zijn er kwetsbaar voor. Door een vaccinatie krijgt je kind geen rotavirus of wordt het er minder ziek van. Het is geen prik, maar je kind krijgt druppels in de mond.
Kinderen die vanaf 1 januari 2024 zijn geboren krijgen de eerste vaccinatie aangeboden als ze tussen 6 en 9 weken oud zijn. De tweede volgt als ze 3 maanden zijn.
Meer informatie over de rotavirusvaccinatie vind je op RIVM.nl.

BCG-vaccinatie tegen tuberculose

De BCG (Bacillus Calmette-Guérin)-vaccinatie is de vaccinatie tegen tuberculose. Na de vaccinatie is de kans veel kleiner dat een kind tuberculose krijgt en dat het kind de meest ernstige vormen van tuberculose bijna niet kan krijgen. En ook de ernstige gevolgen van de ziekte niet.
Niet alle baby’s krijgen de BCG-vaccinatie. Alleen als één of beide ouders van de baby zijn geboren in een land waar veel tuberculose voorkomt, krijgt je kind een oproep voor de vaccinatie.
De vaccinatie kan samen met andere vaccinaties gegeven worden. Op RIVM.nl vind je een folder met meer informatie.

Groepsbescherming door vaccinaties

Als veel kinderen zijn gevaccineerd tegen een bepaalde infectieziekte, komt deze ziekte minder vaak voor. Ook kinderen die niet ingeënt zijn en kinderen waarbij de inenting niet werkt, lopen dan minder risico op de ziekte. Ze worden eigenlijk beschermd door de groep van ingeënte kinderen. Daarom noemen we dit  groepsbescherming,
Dit geldt alleen niet voor de ziekte tetanus. Bescherming tegen tetanus werkt alleen als je kind zelf gevaccineerd is.

Reactie baby op vaccinatie

Je kunt een prik makkelijker maken voor je baby door hem af te leiden. Zing bijvoorbeeld een liedje of voed je baby tijdens het vaccineren.
Kinderen kunnen last krijgen van bijwerkingen na een vaccinatie, maar het hoeft niet. De meeste bijwerkingen beginnen op de dag van de vaccinatie.
De plek van de prik kan soms rood, dik of pijnlijk worden. Ook is het niet gek als je baby zo’n drie uur na de vaccinatie verhoging krijgt. Het kan dat je baby huilerig of hangerig wordt, niet wil drinken en veel slaapt. Meestal duurt dit één of twee dagen. Bij de vaccinatie tegen bof, mazelen en rodehond (met 14 maanden) kan je kind vijf tot twaalf dagen na de prik last krijgen. Soms krijgen kinderen lichte huiduitslag.

Ga voor meer informatie over bijwerkingen van vaccinaties naar Rijksvaccinatieprogramma.nl. Vermoed je dat je baby een andere bijwerking heeft van de prik? Dan kun je dit melden bij het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb.

Naar de huisarts?

Krijgt je baby meer dan 39 graden koorts, wordt hij slap of suf, of maak je je om een andere reden zorgen, bel dan met je huisarts. Dit hoeft geen reactie op de prik te zijn. Misschien is er iets anders mis. Zorg er in ieder geval voor dat je baby genoeg drinkt.

Twijfels over vaccineren

Het kan zijn dat je twijfelt of je je kind moet laten vaccineren. Sommige ouders maken zich bijvoorbeeld zorgen over:

  • waar er precies in het vaccin zit;
  • of het vaccin niet schadelijk is voor het kind;
  • wat de mogelijke bijwerkingen zijn van het vaccin;
  • of dat er een kans is dat het kind de ziekte toch nog krijgt.

Uit onderzoeken weten we dat de vaccinaties niet schadelijk zijn voor je kind. Ze zorgen er juist voor dat je kind veel infectieziektes niet krijgt. Heel soms kan een kind na vaccinatie de ziekte toch krijgen. De ziekte is dan wel minder ernstig en de kans op problemen veel kleiner.
Wil je meer weten over de mogelijke bijwerkingen van een vaccin? Kijk dan op Rijksvaccinatieprogramma.nl.
Heb je twijfels over de vaccinaties? Dit kun je gerust bespreken bij de Jeugdgezondheidszorg.

Welke vaccinaties zijn er, welke keuzes heb jij als ouder en wat zijn de adviezen? Fiona vertelt het in dit filmpje: