Leren lopen
Als je kind voor het eerst zelf gaat lopen, zet het zomaar opeens vanuit een staande houding een paar stappen. In het begin houdt je kind zich nog vast aan de box, een stoel, de bank of aan jou.
Wanneer gaat je kind lopen?
De meeste baby’s kunnen aan de hand lopen tussen de 8 en 15 maanden. Maar de verschillen tussen kinderen zijn groot. Je kind loopt eerst een tijdje langs de rand van de box, de tafel of de bank. Daarna gaat je kind echt loslopen. Sommige baby’s kunnen al met 10 maanden echt loslopen, anderen doen het later. Het duurt ongeveer 4 maanden vanaf het moment dat je kind gaat staan en langs de rand gaat lopen, tot het moment dat je kind losloopt. Maar het kan ook langer duren. De meeste kinderen kunnen rond 18 maanden loslopen.
Hoe leert je kind lopen?
Baby’s die beginnen met lopen, trekken vaak hun knieën hoog op. Sommige baby’s zetten eerst hun tenen op de grond, andere zetten hun voeten plat neer. In het begin loopt je kind nog wankel en niet soepel. Eigenlijk is het meer een soort waggelen. Je baby maakt kleine stappen. Het lukt nog niet om over voorwerpen op de grond heen te stappen. De eerste paar weken kan je kind ook nog niet goed stilstaan en valt het vaak om. Maar je kind krijgt een steeds beter evenwichtsgevoel en de spieren worden sterker.
Hoe kun je je kind helpen?
Heeft je kind het lopen eenmaal ontdekt, wil je kind dat ook graag doen.
- Je helpt je kind door het de ruimte te geven.
- Let ook op de veiligheid thuis. Ruim voorwerpen op de grond op, zodat je kind er niet over struikelt.
- Op een gladde vloer kan je kind beter op sokken met antislipnoppen of op zachte leren slofjes lopen.
- Op vloerbedekking loopt je kind lekker op blote voeten, want dan heb je beter grip op de vloer.
- Schoenen zijn pas nodig als je met je kind buiten gaat lopen.
Hoe leert je kind steeds beter lopen?
Je kind wil vast ook graag dingen voor zich uit duwen, zoals een loopkar of een poppenwagen. Als je kind wat ouder wordt, is buiten spelen in de tuin of op de speelplaats heel goed voor de motorische ontwikkeling. Je kind kan nu leren klimmen en klauteren.
Op de tenen lopen
Veel kinderen die net los lopen hebben de neiging op hun tenen te gaan lopen. Dat is bij jonge kinderen normaal en het verdwijnt meestal vóór het derde jaar. De jeugdarts of jeugdverpleegkundige op het consultatiebureau controleert de eerste drie jaar regelmatig het looppatroon van je kind. Het is verstandig om de jeugdarts of je huisarts even naar de voeten van je kind te laten kijken als:
- je kind na het tweede jaar nog steeds regelmatig op de tenen loopt;
- je kind niet op de hakken kan lopen;
- het lijkt alsof je kind niet op platte voeten kan staan;
- je je zorgen maakt over het op de tenen lopen.
Meestal loopt je kind op de tenen uit gewoonte, maar soms kunnen er ook problemen zijn met de spieren, zenuwen of een verkorte achillespees. Tenenloop verdwijnt vaak vanzelf. Maar als het nodig is kan de jeugdarts of de huisarts je kind doorverwijzen.
Liever geen loopstoeltje
Gebruik liever geen loopstoeltje. Je kind kan er snel mee vooruit en zo tegen een muur op botsen, van de trap vallen of opeens bij stopcontacten en het fornuis komen. De kans op ongelukken is dus groot. Bovendien leert je kind niet eerder lopen door het gebruik van een loopstoel. Er zijn zelfs aanwijzingen dat een loopstoel juist een negatief effect heeft op de motorische ontwikkeling. Op de website Kinderveiligheid.nl vind je meer informatie.
Schoenen
Meestal vinden baby’s het heel prettig om op hun blote voeten te lopen, want dan hebben ze beter grip op de vloer. Voor buiten zijn leren slofjes of slofjes met een antislipzool beter. Koop dus nog niet te snel echte schoenen.
Waar let je op als je schoenen koopt?
Als je kind al goed kan lopen en ook buiten gaat lopen, kun je een paar echte schoenen kopen. Laat bij de schoenenwinkel de voeten van je kind opmeten. Dan weet je zeker dat je de juiste maat koopt.
- De lengte én de breedte van de schoen zijn belangrijk.
- De voet moet genoeg ruimte hebben in de schoen, zodat de tenen goed kunnen bewegen.
- Koop schoenen met een stevige hiel.
- De hiel moet goed aansluiten om de voet, anders glijdt je kind uit de schoen als het op de tenen staat.
- De zool moet soepel zijn. Als je de zool buigt, moet de achterkant van de schoen de voorkant raken.
- De zool moet stroef zijn. Dan glijdt je kind niet uit bij het lopen of rennen.
- Heeft je kind last van zweetvoeten? Dan kun je beste leren schoenen en katoenen sokken kopen voor je kind.
- Koop je sandalen voor de zomer? Zorg dan dat die goed passen. Zo kunnen er minder gemakkelijk steentjes in komen.
Lees ook op Kinderveiligheid.nl waar je nu rekening mee moet houden als je kind leert lopen.